Bijdragen aan de kindkosten
Kostenregeling :
Welke kosten zijn er ? zie ander “nieuws”bericht : gewone verblijfskosten, gewone verblijfsoverstijgende kosten, buitengewone kosten.
Hoe en door wie worden deze kosten betaald?
Wat zegt de wet? “Ouders dragen bij in de kosten van de kinderen in verhouding tot hun inkomsten.”
Hoe wordt berekend hoeveel elke ouder best bijdraagt aan de kosten?
Er zijn verschillende berekeningsmethodes beschikbaar. Die geven een richtlijn voor de bijdragen van de ouders in de kosten van de kinderen. Methode van de Gezinsbond Onderhoudsbijdragecalculator | Gezinsbond, op Pareto scheidingsconsulenten Onderhoudsbijdrage Kinderen Berekenen | Pareto Simulator , Hobin-methode De rekentool kinderalimentatie - versie 2025/05 | Hoven & Rechtbanken, de methode Renard,..
Eerst moet er een overzicht zijn van de inkomens van de ouders (zie ander nieuwsbericht “inkomen van een ouder?”) Daarvoor is het aanslagbiljet nuttig.
Een vereenvoudigd voorbeeld :
1/ Jan heeft inkomsten van € 4500, Ann heeft inkomsten van € 2500, ze hebben twee kinderen, ze zijn nu allebei alleenstaande, er is een groeipakket van €300. De kinderen verblijven evenveel bij elke ouder. De ouders werken met een kindrekening.
2/ Er is dus een gezamelijk inkomen van € 7300 (4500+2500+300).
De kindkosten met dit gezamelijk inkomen worden geschat op +/- €1400. (schatting Gezinsbond, % methode Hobin, Nederlands kindbehoeften tabel). (HIER tabel NIHUD Nederland, dit geeft een eenvoudige indicatie)
Van €1400 kindkosten kan aangenomen worden dat er 54% of hier €750 verblijfskosten zijn (kosten wanneer het kind ergens verblijft voor electriciteit, gas, water, voeding, verzorging,..). Van de €1400 kindkosten zijn er 46% of hier €650 verblijfsoverstijgende kosten (school, kledij, schoenen, hobby, dokter,….).
3/ berekening
SCENARIO 1
(volgt de basisprincipes van de methode Hobin, Pareto calculator, Gezinsbonds calculator die vaak gebruikt worden)
Elke ouder “krijgt” een basis-inkomen van €1000 als alleenstaande (of 700€ als samenwonende). Jan houdt een “vrij” bedrag over van € 3500 (4500-1000) en Ann van €1500 (2500-1000). Voor de kinderen is er dus een totaal “vrij” bedrag van €5000 (3500+1500) bij de ouders : bij Jan 70% (3500x100:5000) en bij Ann 30% (1500x100:5000) : dit is de verhouding van de ouders in het “vrije” inkomensbedrag voor de kinderen.
Voor de verblijfskosten van €750 : Jan moet 70% of € 525 betalen en Ann 30% of € 225. Aangezien de kinderen evenveel bij elke ouder verblijven, betalen de ouders in de praktijk elke de helft van €750 verblijfskosten of €375. Jan betaalt dus €150 (525-375) te weinig en Ann €150 (225-375) te veel.
Voor de andere kosten van €650 : Jan moet 70% of €455 betalen en Ann 30% of €195.
Op de kindrekening komt het groeipakket van €300.
Jan stort op de kindrekening € 455 (455 andere kosten -150 helft groeipakket + 150 stuk verblijfskosten).
Ann stort op kindrekening € 45 (195 andere kosten - 150 helft groeipakket) en haalt van de kindrekening €150 (stuk verblijfskosten) af. Of ze haalt €105 af van de kindrekening
De totale kost voor Jan is €830 (375+150+455-150), dit is 18% (830x100:4500) van zijn inkomen. De totale kost voor Ann is €420 (375-150+195-150), dit is 17% (420x100:2500) van haar inkomen.
De buitengewone kosten worden betaald door de ouders in verhouding Jan 70% en Ann 30%.
SCENARIO 2
Indien men uitgaat van de verhouding in totale inkomens van 7000 (4500+2500), heeft Jan 80% meer inkomens dan Ann. (2500+80%van2500=4500) (7000x100:280=2500). Men zou kunnen zeggen dat Jan 80% meer kindkosten moet betalen. Dus van 1400 kindkosten, 900 (500+80%=900) voor Jan en 500 (1400 x100 :280 =500) voor Ann. Ze betalen elk de helft van de verblijfskosten van 750, heztij 375. Rest voor Ann 125 (500-375) en voor Jan 525 (900-375) voor de andere kosten te storten op de kindrekening. Het groeipakket komt op de kindrekening en elke ouder “geniet” van de helft van het groeipakket : Ann haalt €25 af (125-150) af van de kindrekening, Jan stort €375 (525-150) op kindrekening.
De totale kost voor Jan is €750 (375+525-150), dit is 16% (750x100:4500) van zijn inkomen. De totale kost voor Ann is €350 (375+125-150), dit is 14% (350x100:2500) van haar inkomen.
De buitengewone kosten worden betaald door de ouders in verhouding : Jan 80% en Ann 20%.
SCENARIO 3
Indien de ouders zouden overeenkomen om elk de helft van de kindkosten op de kindrekening te betalen, dan betalen de ouders niet in verhouding tot hun inkomen.
In dit scenario betaalt elk van ouders €375 (750:2) voor de verblijfskosten als de kinderen bij hem/haar zijn. Ze staan elk in voor de helft van de andere kosten €325 (650:2) : daarvoor “krijgen” ze elk €150 (de helft van het groeipakket gestort op kindrekening) en storten ze elk op de kindrekening de rest (325-150=) €175.
In totaal kosten de kinderen (375+350-150 =) €575 voor elke ouder.
Op het inkomen van Jan is dit 13% (575 x100:4500). Op het inkomen van Ann is dit 23% (575 x100:250). Ann betaalt dan in verhouding tot de inkomens meer dan Jan alhoewel Jan meer inkomens heeft.
Indien men uitgaat van een woonkost van 30% van het inkomen : Jan behoudt van zijn inkomen (4500) na aftrek woonkost (4500x30% =1500) en kindkost (725-150=575), €2425 over en Ann behoudt van haar inkomen (2500) na aftrek woonkost (2500x30%= 750) en kindkost (725-150=575), €1175 over. Ann kan in de moeilijkheden komen gezien dit bedrag dichtbij het basisinkomen alleenstaande ligt.